- Inspiratie
- Duurzaam door(ver)pakken
- Verpakking op vakantie
Verpakking op vakantie
Een weekendje weg of een midweek er even tussenuit. Dan zijn verpakkingen niet het eerste waar je aan denkt. Ongemerkt brengen de gasten van Landal GreenParks echter heel wat verpakkingsmateriaal mee hun huisjes in - en laten het als afval achter. Relatief is het geen groot onderwerp uit het programma Duurzaam en Betrokken Ondernemen van Landal GreenParks, maar toch worden op de vakantieparken forse inspanningen geleverd om de afvalberg aan te pakken. Daar helpen ook duurzame verpakkingen bij, al is de praktijk weerbarstig.
Een grote schuur op Landal Coldenhove in Eerbeek, waar verschillende kleinere boerderijdieren omheen scharrelen, ziet er nog zo goed als nieuw uit. Het dierenverblijf is getimmerd met hout van bomen die vorig jaar bij een storm omwaaiden. In het verderop gelegen restaurant zijn ook de tafelbladen van puur hout. Vakantievierende gasten drinken koffie op het terras. Suiker in een schaaltje en melk in een kannetje worden er ‘los’ bijgeleverd. Soms maken de gasten daar wel opmerkingen over, dat het niet zo hygiënisch is. Maar als de serveerster uitlegt wat de gedachte erachter is - minder verspilling, minder verpakking en minder afval - dan is het begrip groot.
“Onze medewerkers moeten dat natuurlijk wél goed kunnen uitleggen”, zegt Tanja Roeleveld. “Het idee van de schuur kwam van onze eigen parkmanager. Elke keer als we zo’n verhaal vertellen, hoop ik dat onze gasten daar iets van opsteken en mee naar huis nemen. Ik ben er eigenlijk wel van overtuigd dat het zo is. Mensen zeggen nog niet ‘ik ga lekker duurzaam op vakantie’, al komt daar wel steeds meer vraag naar. Wij maken duurzaamheid onderdeel van de vakantiebeleving, door onze gasten te laten ontdekken en ervaren wat groen kan doen. Natuur doet iets met een mens, van een groene omgeving knapt iedereen op.”
Van thema naar programma
Na eerst vijf jaar communicatiemanager te zijn geweest, werd Tanja Roeleveld zes jaar geleden programmamanager Duurzaam en Betrokken Ondernemen. Dat was een nieuwe functie. “Duurzaamheid was weliswaar een thema, maar toen werd het een item waar we actief mee aan de slag zijn gegaan. In de eerste periode heb ik veel interviews met medewerkers gehouden, door de organisatie heen. Ik sprak ook met specialisten over hoe wij invulling konden geven aan duurzaamheidsbeleid. Het resulteerde in de oprichting van een projectgroep met twaalf medewerkers. We stelden een programma op en zijn dat gaan uitvoeren, waarbij we de hele organisatie actief hebben betrokken.”
Het belangrijkste kenmerk van het plan was dat de activiteiten niet sec op verduurzaming waren gericht, maar dat het ook de dienstverlening zou verbeteren. In de eerste jaren lag de focus vooral op de milieuaspecten: water, energie, afval, mobiliteit. Roeleveld: “We hebben toen grote stappen gezet in de energiehuishouding van onze parken, maar dat was voor ons niet genoeg. Het thema natuur en biodiversiteit was onderbelicht, waardoor we volgens mij nog een flink deel van de waarde uit ons duurzaamheidsprogramma onbenut lieten. Het was te veel gericht op optimalisatie van de bedrijfsvoering. Ik miste de verbinding met onze core business.”
Parken leren van elkaar, ook over duurzaamheidLandal GreenParks heeft 55 parken in Nederland en nog zo’n 30 andere parken in acht andere Europese landen. Van alle parken zijn er 25 waarvan Landal GreenParks zowel de verhuur als het beheer verzorgt. De andere parken zijn eigendom van derden en daar verzorgt Landal alleen de verhuur. Tanja Roeleveld: “Ons duurzaamheidsprogramma geldt voor alle parken, maar wij voeren het direct uit op de parken waarvan wij de volledige organisatie doen. Op de overige parken is onze invloed indirect. We delen de kennis die wij opdoen over duurzaamheid met de eigenaren en we ondersteunen en stimuleren ze om duurzaam te werken. Andersom leren wij van deze parken, want ook zij staan natuurlijk niet stil.” |
“Twee jaar geleden zijn we aan de slag gegaan om duurzaamheid veel meer te verbinden met wat wij dagelijks doen. ‘Onvergetelijke vakanties zitten in onze natuur’, zeggen wij intern en daarbij heeft natuur een dubbele betekenis. De echte natuur om onze parken heen én de natuur van onze medewerkers, de gastvrijheid die we aan onze gasten bieden. Als je dan kijkt naar wat er in de wereld gebeurt, dat het slecht gaat met de natuur, dat biodiversiteit aandacht nodig heeft én dat we richting de energietransitie nog een grote brug te slaan hebben, hoe kunnen wij daar als Landal GreenParks dan aan bijdragen? Naast de intrinsieke motivatie om zorg te dragen voor de natuur om ons heen, zijn we dat ook vanuit onze business propositie aan onszelf verplicht. Want wij willen dat mensen niet alleen nu een onvergetelijke vakantie in de natuur beleven, maar ook nog over vijftig jaar.”
Natuurwaarde
Er kwamen drie thema’s om de natuurwaarde veel hoger in te zetten, om het onderscheidend vermogen van het merk Landal GreenParks te vergroten. Het eerste: ‘We gaan voor klimaatneutraal’. Hierbij richt de onderneming zich op de verduurzaming van de energievoorziening, water, afval en mobiliteit: minder verbruik, overstappen naar hernieuwbare energie en als ultieme uitdaging van het gas af. “Alle hoofdgebouwen draaien nog op gas. Op nieuwe parken zoeken we de combinatie van zon, biomassa en elektrisch verwarmen”, aldus Roeleveld. Het tweede thema is ‘het geluk van alle mensen’. “Daarmee bedoelen we zowel onze gasten als onze medewerkers. Een veilige vakantie- en werkomgeving, waar ook mensen met een beperking of allergie zonder zorgen kunnen verblijven.”
Onze doelstelling is honderd procent recycling'
‘Natuur en biodiversiteit’ is het derde thema. “Net als bij energie zoeken we hier verbinding naar onze gasten. Wij hebben rechtstreeks contact met 2,8 miljoen gasten per jaar, die we mooie verhalen kunnen vertellen om hun vakantiebeleving te versterken. Een wandeling met de boswachter, uitleg van een imker of vogelaar, die iets van hun liefde voor de natuur aan de mensen meegeven zodat zij daar thuis ook mee aan de slag gaan. Al is het maar drie tegels uit de tuin en één plant erin. Zo proberen we niet alleen binnen de grenzen van onze parken, maar ook ver daarbuiten positieve impact te creëren.”
Afval en verpakkingen
Op gebied van grondstoffen is de doelstelling van Landal GreenParks: geen impact op grondstof schaarste. “Daar geven wij invulling aan met circulair inkopen en recycling. Onze doelstelling is honderd procent recycling”, vertelt Roeleveld. Daar hoort ook gescheiden inzameling van pmd (plastic, metaal en drinkpakken) bij. “Mijn ideaal is dat we op elk park gescheiden pmd-verpakkingen inzamelen, die tot nieuwe grondstoffen worden verwerkt. Daar maken wij dan paaltjes met nummerbordjes, bankjes en speeltoestellen van. Er zijn legio toepassingsmogelijkheden op onze parken. En overal vertellen wij onze gasten dat wij dit doen en hoe wij dit doen, om ze bewust te maken en zij daar dan thuis ook verder mee gaan.”
Landal GreenParks heeft de pmd-inzameling inmiddels bij vijf parken ingezet: nieuwe verzamelcontainers op het park, nieuwe afvalemmers in de huisjes, een nieuw operationeel proces. Voor andere parken zijn de plannen echter on hold gezet, omdat tot nu toe geen goede afspraken kunnen worden gemaakt over de inzameling en recycling van het pmd én de kosten daarvoor. Ofschoon de stroom vergelijkbaar is met huishoudelijk afval, kan het afval van Landal GreenParks alleen als bedrijfsafval worden verwerkt en belandt het uiteindelijk in de verbrandingsoven. “Daar doen we het natuurlijk niet voor”, zegt Roeleveld beslist.
Deze problematiek speelt op veel plaatsen in Nederland, in wat overkoepelend de KWD-sector worden genoemd (kantoor-, winkel- en dienstensector). Die bestaat uit meer dan een miljoen bedrijven in overheid, onderwijs, vrije tijd, vervoer, winkels, horeca, handel, zorg en zakelijke dienstverlening. De sector produceert 5,3 miljoen ton afval per jaar, waarvan nog maar de helft wordt gerecycled. Het programma VANG Buitenshuis van Rijkswaterstaat heeft als doelstelling om van de twee miljoen ton restafval voor 2022 te halveren naar één miljoen ton. Een van de onderdelen is om de inzameling en recycling van verpakkingen uit bedrijfsafval op gang te brengen. Ook worden Green Deals gesloten, bijvoorbeeld over afvalvrije scholen en festivals of die tussen NS en ProRail om de hoeveelheid afval in treinen en op stations te verminderen.
Tanja Roeleveld: “Negentig procent van ons parkafval komt uit de huisjes. Het zijn veel verpakkingen van eten en drinken, wat onze gasten van huis meenemen of in het naburige dorp in de supermarkt hebben gekocht. Het is bijna hetzelfde afval als mensen thuis hebben, met als verschil dat onze stroom, naar wat we zien, van zuiverder kwaliteit is. Vanwege de regelgeving, maar ook om financiële, administratieve en praktische redenen, lukt het tot nu toe echter niet om goede afspraken te maken over de inzameling en verwerking. Ik vind dat frustrerend, ook omdat ik het niet aan onze gasten kan uitleggen dat wij zo duurzaam mogelijk werken, maar de gescheiden afvalinzameling nog niet voor elkaar krijgen. Zij kennen en zien het verschil niet tussen bedrijfs- en huishoudelijk afval.”
We nemen bij de aanbesteding van het verpakkingsmateriaal recyclebaarheid als een belangrijk gunningscriterium mee'
“Zeker met de potentie van ons kringloopverhaal, vind ik dat een gemiste kans”, zegt Roeleveld. “Als Landal GreenParks staan wij héél dicht bij de consument. We kunnen het verhaal elk moment van de dag vertellen en laten zien. Als op alle paaltjes en bankjes bijvoorbeeld staat dat ze van honderd procent gerecycled afval zijn gemaakt, zien de mensen dat met afval weldegelijk veel goeds kan worden gedaan en dat hun inspanningen om aan de bron te scheiden echt iets opleveren. We gaan desondanks door met verschillende pilots, onder meer om van kunststof verpakkingsafval in recyclaat om te zetten dat als grondstof voor nieuwe producten kan worden gebruikt. Ook experimenteren we op drie parken met gescheiden inzameling en verwerking van gft-afval en etensresten, waardoor we de hoeveelheid restafval met 45 procent kunnen verminderen.”
Ook het eigen verpakkingsmateriaal wordt onder de loep genomen. Roeleveld: “Volgend voorjaar nemen we bij de aanbesteding van het verpakkingsmateriaal recyclebaarheid als een belangrijk gunningscriterium mee.” Landal GreenParks heeft feitelijk te maken met twee groepen verpakkingsmateriaal die ze inkopen. De grootste is voor gebruik in de snackbars, de andere voor gebruik in de winkels. “We kopen zo duurzaam mogelijk in. Soms gaan we met leveranciers van producten in gesprek om hun verpakkingsmateriaal aan te passen, bijvoorbeeld om te stoppen met zwarte bakjes voor vleeswaren. Het horeca-assortiment bestaat nu uit sugar cane, maar misschien is het logischer om naar louter biobased PP en/of PE materiaal over te stappen. Dan kan de kwaliteit van ons pmd-afval omhoog, wat de recyclebaarheid ten goede komt”, vertelt Roeleveld.
De beweging naar zelftap“In onze winkels komen gasten vooral voor de luxe extraatjes: warme broodjes, verse sinaasappelsap of een vergeten boodschap, maar we verkopen ook toetjes en desserts. Vanuit de retail hebben we geleerd dat het logisch is om die in kleine verpakkingen te verkopen. Mensen verblijven immers maar kort bij ons en vinden het fijn om alleen iets te kopen wat voor dat weekend of die midweek voldoende is. Of het is voor eenmalig gebruik. Zowel uit het oogpunt van dienstverlening als het voorkomen van voedselverspilling, maken we in de winkels de beweging naar zelftap. Yoghurt, maar ook sap, wijn, nootjes en muesli’s kunnen de mensen precies de hoeveelheid kopen die ze denken nodig te hebben. Dus geen grootverpakkingen meer die in onze prullenbakken verdwijnen. Mensen nemen een half pak overgebleven yoghurt namelijk niet mee naar huis.” |
Verpakkingen zijn binnen het totale duurzaamheidsprogramma van Landal GreenParks een relatief klein onderwerp, maar wel complex. “Toen ik als programmamanager begon wist ik niets verpakkingen. Dan zoek ik specialisten die mij helpen om projecten in goede banen te leiden. Zo hebben wij met verpakkingskundigen van het KIDV eens goed doordacht wat op onze parken aan verpakkingen voorbijkomt. Over welke verpakkingen hebben we het precies, waarvoor worden ze gebruikt, welke functionele eisen gelden ervoor? Maar ook: hoe zamelen we in, hoe gaan we zwerfafval tegen, hoe communiceren we met gasten?”
Wat levert zo’n exercitie met het KIDV op? Roeleveld: “Veel nieuwe kennis en je leert verder te denken, bijvoorbeeld over de vraag of een verpakking wel echt nodig is? En zo ja, of die van materiaal kan worden gemaakt die je in een ideale wereld ter plekke kunt hergebruiken? Maar als dat níet kan, wat je dan in de keten kunt doen, zoals het gebruik van mono-materiaal en secundaire grondstoffen. Samen met het KIDV en enkele andere ondernemingen hebben we volgens een bijna LCA-achtige aanpak de verpakkingsmogelijkheden verkend. Als beste keuze kwamen wij op plastics van een hernieuwbare bron, zoals recycled PET en biobased plastics. Die kant willen wij best op, als het dan ook echt in de recycling belandt. Dat gebeurt nu niet en daar zit ons pijnpunt, maar ik ben ervan overtuigd dat hier binnen een paar jaar een oplossing voor komt.”
KVA als Grondstof en Recycling van pmd-bedrijfsaval
In de zoektocht naar een oplossing voor de recycling van pmd-bedrijfsafval laat Landal GreenParks geen enkele mogelijkheid onbenut. “We zijn bezig met een initiatief om recyclaat in te zetten. Dit project hebben we ingediend voor het programma Kunststof Verpakkingsafval als Grondstof van het KIDV en Rijkswaterstaat. Het is helaas niet gehonoreerd, maar we gaan er verder mee. Ik heb ook drie projectvoorstellen aangemeld voor een programma van Rijkswaterstaat om pmd-verpakkingsafval te recyclen. Verder onderzoeken we nieuwe composteerbare snackverpakkingen, waardoor gasten hopelijk straks hun restjes patat en mayonaise samen met het bakje bij het gft kunnen weggooien. Hoe makkelijker het consumenten wordt gemaakt, hoe beter resultaat we kunnen verwachten.”